De Pelikaankerk

Een fascinerend monument van baksteen expressionisme.

De Pelikaankerk in Leeuwarden-West kon op 19 juni 1932 in gebruik worden genomen. Het kerkgebouw met nevenruimten was verrezen nabij een pleintje aan de al bestaande Pelikaanstraat. De naam van de kerk lag voor de hand, te meer daar de pelikaan een oud Christus symbool is: de pelikaan voedt haar jongen met haar eigen bloed.

Er bestonden diverse legendes over de pelikaan in  de oudheid. Men dacht bijvoorbeeld dat de pelikaan met eigen bloed de dode jongen terug tot leven kon wekken of dat hij in geval van voedselschaarste de eigen borst openreet om met bloed de kuikens te voeden. De pelikaan heeft een lange snavel en een keelzak waaruit hij de jongen voert met halfverteerd voedsel dat roodkleurig is. Bepaalde pelikanen hebben in de broedtijd een rode vlek op krop en keelzak die op een bloedende wond lijkt. Deze waarnemingen leidden tot het volksgeloof dat de pelikaan zijn borst openpikte om met zijn eigen bloed de jongen te voeden. Pelikanen golden in de vroege literatuur als symbool van opofferende moederliefde.
‘Moederpelikanen’ werden afgebeeld met een door henzelf opengepikte borst, waardoor de jongen met bloed gevoed konden worden

 

Het ontwerp

In 1930 had het kerkbestuur enkele architecten uitgenodigd een plan te maken. De begroting van het plan van architecten Egbert Reitsma lag het dichtst bij het beschikbare bouwsom en Reitsma had bovendien al naam gemaakt als bouwer van Gereformeerde kerken. De eerste steen kon op 1 oktober 1931 worden gelegd. Tijdens de bouw moesten, genoopt door de crisissituatie, enige bezuinigingen worden doorgevoerd. Zo zijn de daken met pannen gedekt in plaats van de geplande leien en is er nooit een torenuurwerk geplaatst.

De Pelikaankerk was is haar blokkige gedaante volstrekt nieuw. Het kerkgebouw had een allerminst voor de hand liggende vorm en de reactie van de gemeenteleden waren destijds dan ook aarzelend. Er werd dan ook gehoord: “Wij kerken toch niet een cinema?”.

Architect Egbert Reitsma

De in 1892 geboren Egbert Reitsma kreeg zijn opleiding bij de architect Jacob Londen in het Gooi en daarna bij Willem Kromhoud in Rotterdam. Terug in het noorden ontwierp Reitsma in 1920 samen met zijn vader de Gereformeerde kerk van Munnekezijl. Daarna volgden o.a. gereformeerde kerken in Kollum 1942), Appingedam en in Andijk (1938). De laatste was net voltooid toen de Leeuwarder opdracht volgde.

Vanaf de kerk van Kollum blijkt Reitsma in groeiende mate aanhanger van de Amsterdamse school, ofwel het baksteen expressionisme te zijn; en wel op een heel persoonlijke wijze.

Baksteen in verschillende nuance zijn nu een horizontaal, dan eens verticaal verwerkt, de ene keer met strekken – de lange zijde van de steen – de andere keer met koppen – de korte zijden – en dan ook nog met lagen die reliëf vertonen.

Architect Egbert Reitsma

Expressie met baksteen

De Pelikaankerk kan stellig gerekend worden tot een product van de Amsterdamse school van het baksteen expressionisme en wel van de kubistische stroming. Blokvormige massa’s overheersen. Het metselwerk met verdiept liggende horizontale voegen versterkt die zware indruk. Het metselwerk is bij het onderste gedeelte uitgevoerd in mondsteen. Dat is een gesinterde warm roodbruine en hier en daar kromgetrokken steen, die levendig muurwerk oplevert.(foto)

Het overige muurwerk is van rode streng pers steen in twee nuances.

De stoere massawerking kreeg een verticale tegenhanger met de slanke toren zonder spits aan de zuidzijde. De ingangspartij bestaat uit een brede diepe portiek die op twee zware, ronde, gemetselde pijlers van mondsteen rust.

Aan de noordwest zijde staat de kosterswoning. 

De Pelikaankerk vertoont in hoofdvormen een fraai spel van horizontaal, verticale en diagonale bewegingen, een spel dat in de expressie detailleringen is voortgezet.

Vrije waaiervormige ruimte

Binnen bezit de kerk een waaiervormige plattegrond met drie stoelen vakken (vroeger 5 vakken met banken en stoelen) die plaats boden aan 500 gemeenteleden. Op de grote galerij tegenover het liturgisch centrum waren nog eens 300 plaatsen.

De grote kerkruimte is ongedeeld gebleven, geen enkele kolom doorbreek de ruimte. Zij is overwelft door een hoekig balkhouten plafond, dat de geknikte kapvorm volgt.

In de nok zijn ruitvormige kleurige hout reliëfs met de verlichtingsornamenten gecombineerd. Een groot rechthoekig paneel bij de orgelpartij heeft eenzelfde abstract versiering.

De brede, robuuste, lessenaarvormige kansel heeft twee gebogen trappen. Zes smalle glas in lood vensters achter de kansel verbeelde de scheppingsdagen.

Het overige meubilair van het liturgisch centrum zoals ouderlingenbanken, hekwerk en lessenaar, gingen verloren.

Boven het liturgisch centrum hangt het orgelbalkon. De gaanderij in expressionistisch timmerwerk is eveneens door Reitsma ontworpen; het instrument van 20 registers is in 1932 gebouwd door Valckx en Van Kouteren en vertoont een breed driehoekig pijpenveld.

Glas-in-lood

De vensterreeksen in de zij-apsiden kregen kleurige glas in lood. De middenvelden met glas in pastel tinten, bovenin met hoge kleurige, geometrische abstracties en onderaan met vertellende gebrandschilderde taferelen. Reitsma was niet alleen architect, maar paste in zijn architectuur, als het even kon, kunst toe die hij dikwijls zelf ontwierp.

Hij was lid van de expressionistische Groninger kunstenaarsgroep De Ploeg. Zowel de abstracte als de figuratieve kunsttoepassingen in de Pelikaankerk kunnen tot DE Ploeg kunt worden gerekend. De beeldverhalen aan de onderzijde van de ramen verbeelden de dynamiek van allerdag. Enkele voorstellingen kunnen bijbels worden geduid, de andere zijn werelds. Het uitvoerende glasbedrijf staat vermeld in het tafereel van de ploeger. Daarin staat ’N E Groningen 1932’, de Noord-Nederlandse Elektrische glasslijperij die meer glazen voor Reitsma en andere architecten uitvoerde.

De Pelikaankerk is een bijzonder voorbeeld van kubistisch expressionisme of Amsterdamse school te noemen en wel in de persoonlijke verwerking van Egbert Reitsma. Tot in de details is het een fascinerende kerk. De kerk is grotendeels nog gaaf. Uitwendig zijn tussen de pilaren een glazen pui geplaatst. Binnen zijn de banken door stoelen vervangen en is wat meubilair uit het liturgisch centrum verdwenen. Verder is alles origineel. Daarom is de kerk een paar jaar geleden geplaatst op de rijkslijst van beschermde monumenten. 

Heden

De kerk is in 2015 overgenomen door de Stichting Pelikaankerk. De kerk is vervolgens in 2016/2017 geheel gerestaureerd. Er zijn toen tevens enkele aanpassingen aan het interieur doorgevoerd om optimaal gebruik door de kerkelijke gemeente mogelijk te maken: Een extra zaal boven op de galerij, een uitserveerbalie in de kerkzaal en plaatsing van keukens, toiletten en een lift. De PKN gemeente Rondom de Pelikaankerk maakt dankbaar gebruik van dit prachtige godshuis.

Bronnen:
Alde Fryske Tsjerken nr. 2 dec 2010 De Pelikaankerk door Peter KarstKarel Egbert Reitsma, meester in baksteen door Peter van der Ploeg

90 Jaar Pelikaankerk

15 juli stond er een lang artikel in het Friesch Dagblad. U kunt dat artikel hier lezen.